Rubriek :
Historische figuren
Titus Domitianus
Domitianus, Titus
Flavius (51-96), Romeins keizer van 81 tot 96, tweede zoon van
Vespasianus en broer van de kinderloze Titus [geschiedenis], die
hij opvolgde. Hij toonde zich van meet af aan een autocratische
natuur, met harde, wrede kanten. Hij wilde niet de eerste (princeps)
te midden van de burgers zijn, maar een meester over onderdanen.
Ook de senaat wilde hij geheel tot werktuig van zijn absolute
macht maken; vandaar dat hij zich het ambt van censor permanent
(als censor perpetuus) liet opdragen, waardoor de samenstelling
van de senaat uitsluitend van hem afhankelijk werd. Hij liet
zich ook gaarne de verering als dominus et deus (meester en god)
aanleunen. Zijn gedachten gingen in de richting van geforceerde
hervorming van het principaat tot een hellenistisch
godkoningschap. Van de Romeinse aristocratie bleven reacties,
o.a. in de vorm van samenzwering en opstand, niet uit. De keizer
werd hierdoor in hoge mate achterdochtig, zodat hij een ware
terreur tegen de Romeinse aristocratie ontketende (processen
wegens majesteitsschennis).
Voor het rijk als geheel echter toonde hij zich een bekwaam en
krachtig bestuurder, die de bestuurstradities van zijn vader en
broer grotendeels voortzette. Misbruiken strafte hij met ijzeren
hand, zodat er bijv. van afpersingen onder zijn bewind
nauwelijks sprake kon zijn. Ook uit militair oogpunt verdient
zijn bewind waardering. De met Decebalus, de vorst der Daci�rs,
gesloten vrede was volstrekt niet zo dwaas en vernederend als
weleens wordt gezegd; de terugroeping van Agricola uit Britannia
was niet misplaatst of onrechtvaardig, zoals de overlevering
wil; Domitianus' optreden tegen de Chatti in Germani� was een
succes en de aanleg van de limes in Germani� betekende een
aanzienlijke verbetering van de grensverdediging. In 96 viel hij
met medeweten van zijn vrouw Domitia (dochter van Corbulo) door
een moordaanslag: zijn nagedachtenis werd door de senaat
vervloekt. Met hem eindigde de Flavische dynastie.