Rubriek :
Ziekten en
aandoeningen overzicht
Vernauwing van de
halsslagader
De linker- en rechterhalsslagader (arteria carotis) ontspringen
vlak boven het hart uit de grote lichaamsslagader of aorta. Ze
lopen voor in de hals, langs het strottenhoofd. Vlak onder de
kaak splitsen ze zich beide in een tak voor het aangezicht en
een tak voor de hersenen. De beide halsslagaders voorzien samen
het grootste deel van de hersenen van bloed. Twee kleine
slagaders (arteria vertebralis) die langs de nekwervels lopen
nemen het overige deel voor hun rekening.
Het ontstaan van vernauwing van de halsslagader
Met het ouder worden ontstaan door slagaderverkalking (atherosclerose)
vernauwingen in de slagaders. Voor aandoeningen die te maken
hebben met de bloedvaten naar het hoofd (cerebrovasculaire
aandoeningen) gelden als belangrijke risicofactoren:
hoge leeftijd
hoge bloeddruk
roken overmatig alcoholgebruik
Ook wanneer u een hartziekte heeft of een vaatziekte op een
andere plaats in uw lichaam, heeft u een verhoogd risico op een
vernauwing in uw halsslagader.
Door de vernauwing in een halsslagader is het mogelijk dat er te
weinig bloed door het vat stroomt en kan het vat uiteindelijk
dichtslibben. Dit kan de bloedtoevoer naar de hersenen in gevaar
brengen. Ook kan het gebeuren dat een stukje van de plaque
losschiet en wordt meegevoerd naar de hersenen. Dit stukje
stolsel wordt een embolie genoemd.
Wanneer zo'n embolie in de kleinere hersenvaten terechtkomt, kan
het deze afsluiten. Zowel het dichtslibben van het vat als een
embolie kan leiden tot een TIA of een beroerte.
Gelukkig hebben wij vier slagaders die zorgen voor de
bloedtoevoer naar onze hersenen. Als de verbinding tussen deze
vier slagaders, de cirkel van Willis, goed functioneert, hoeft
een vernauwing of afsluiting van een van de vier slagaders geen
ernstige gevolgen te hebben. Bij de ene mens is de cirkel van
Willis echter beter aangelegd dan bij de andere. Bovendien komt
het regelmatig voor dat meer dan ��n halsslagader vernauwd of
afgesloten is.
De verschijnselen van een vernauwde halsslagader
TIA: een waarschuwingssignaal
Vaak is een vernauwing in een halsslagader de oorzaak van een
beroerte. In het verleden is gebleken dat twintig tot veertig
procent van de mensen die een beroerte krijgt, vooraf
'gewaarschuwd' wordt. Zo'n waarschuwing bestaat uit kortdurende
uitvalverschijnselen. Dit betekent dat bepaalde lichaamsfuncties
als praten, lopen en zien gedurende korte tijd uitvallen. Dit
worden 'transient ischemic attacks' genoemd, ofwel TIA 's. Omdat
de bloedstolsels onder druk van de bloedstroom meestal vrij snel
weer uit elkaar vallen, zijn de uitvalsverschijnselen tijdelijk.
Verschijnselen die kunnen wijzen op een (tijdelijke) beroerte:
wartaal spreken, niet meer uit woorden kunnen komen of moeilijk
spreken, dubbelzien of blindheid van ��n oog
��nzijdig krachtsverlies of verlamming van arm en/of been
scheeftrekkend gezicht, afhangende mondhoek
hevige draaiduizeligheid, co�rdinatie en/of
evenwichtsstoornissen
Een TIA:
treedt altijd plotseling op
duurt vaak maar tien tot twintig minuten
is binnen 24 uur volledig verdwenen
Heeft u klachten of verschijnselen die wijzen op een TIA of een
beroerte, neem dan direct contact op met uw huisarts of
specialist.
Niet iedereen met een vernauwing in de halsslagader krijgt een
beroerte, of een waarschuwingssignaal in de vorm van een TIA.
Sommige mensen die een vernauwing in de halsslagader hebben,
krijgen geen klachten, of verschijnselen die hierop duiden.
Wanneer de bloeddruk wordt gecontroleerd of als blijkt dat
risicofactoren voor atherosclerose aanwezig zijn, kan zo'n
vernauwing worden ontdekt. Maar ook bij mensen die bijvoorbeeld
vaatklachten hebben in de benen, kan een vernauwing in de
halsslagader worden gevonden. Hoewel deze mensen geen symptomen
vertonen, lopen zij wel het risico van een beroerte. Hoe groot
dit risico is, zal door onderzoek moeten worden ingeschat.
Door de vernauwing of mogelijk zelfs afsluiting in een
halsslagader, wordt het risico op een beroerte of TIA groter.
Als u meer wilt weten over TIA en beroerte, bezoek dan onze site
Hoofd over Beroerte en TIA.
Definitie
Een stenose in het proximale gedeelte van de a. carotis interna
wordt als een belangrijke oorzaak gezien voor het ontstaan van
transient ischemic attacks (TIA) of herseninfarct. Dit kan
ontstaan doordat van een atherosclerotische plaque
trombo-atherosclerotisch materiaal afbreekt en emboliseert naar
de hersenen, of doordat de mate van stenosering een
hemodynamische belemmering vormt voor de doorbloeding van de
hersenen.
Klinische verschijnselen
Zowel bij herseninfarcten als bij hersenbloedingen ontstaan in
het algemeen plotseling focale neurologische
uitvalsverschijnselen. Pati�nten met een hersenbloeding klagen
vaker over hoofdpijn en hebben vaker een veranderd bewustzijn
dan degenen met een herseninfarct.
De volgende klinische verschijnselen passen bij een ischemie in
het stroomgebied van de arteria carotis : ��nzijdige zwakte of
gevoelsstoornis van gelaat, arm en been; blindheid aan ��n oog
of eenzijdige uitval van het gezichtsveld; een taalstoornis; een
hogere corticale functiestoornis, zoals bijv. verwaarlozing van
��n lichaamshelft of een stoornis in de ruimtelijke ori�ntatie.
Bij een ischemie in het vertebro-basilaire stroomgebied passen:
��nzijdige uitval van het gezichtsveld van beide ogen;
dubbelzien; articulatiestoornis; slikstoornis;
draaiduizeligheid; co�rdinatie-stoornis; tweezijdige of
alternerende spierzwakte of gevoelsstoornissen. Meestal zijn er
meerdere verschijnselen tegelijkertijd.
Epidemiologie
Cerebrovasculaire stoornissen zijn verantwoordelijk voor
ongeveer 10% van het totale aantal sterfgevallen in Nederland en
vormen hiermee de derde doodsoorzaak. De aandoening treft vooral
oudere mensen; bij negen van de tien fatale beroerten is de
pati�nt 65 jaar of ouder. Ongeveer tweederde van de pati�nten
met een beroerte wordt naar een ziekenhuis of verpleegafdeling
van het verzorgingshuis verwezen. In 1995 ging 62% van de
pati�nten met een beroerte na een opname weer naar huis; een
vijfde deel van hen overleed in het ziekenhuis. Zes procent van
de pati�nten werd vervolgens opgenomen in een verpleeghuis, de
overige 13% ging naar een andere gezondheidsinstelling. Ongeveer
de helft van de pati�nten met een beroerte kan na een half jaar
een min of meer zelfstandig leven leiden. Dertig procent van de
pati�nten die een TIA of een klein herseninfarct (waaronder we
een infarct met weinig of geen restverschijnselen verstaan)
hebben doorgemaakt, krijgt binnen vijf jaar een CVA. Het risico
op een beroerte, een myocardinfarct of een fataal vasculair
accident na een TIA of een klein herseninfarct wordt geschat op
tien procent per jaar.
Profylactisch gebruik van aspirine reduceert dit risico met een
kwart. Wanneer de TIA of het kleine herseninfarct op basis van
een carotis-stenose ontstaat, hangt bovenvermeld risico af van
de mate van bloedvatvernauwing. Het risico om binnen drie jaar
na een TIA of een klein herseninfarct een beroerte te krijgen
bedraagt minder dan 10 procent als de stenosegraad van de
arteria carotis interna minder dan 30 procent is, 20 procent als
deze 75 procent is en 40 procent als deze meer dan 90 procent
is.