Rubriek :
Archeologie
Vindplaatsen in de Vroege
Middeleeuwen
Oseberg (
Oslofjord in Noorwegen )
In
1904 werd een prachtig schip van begin negende eeuw gevonden in
een vikinggrafheuvel aan de westkant van de Oslofjord in
Noorwegen, nu bekend als het Osebergschip. De lading, waardonder
stof en meubilair, was goed bewaard in het water. Het graf
omvatte twee skeletten, dat van een hoogstaande vrouw, mogelijk
koningin Aasa - een machtige heerseres, bekend uit vikingsagen -
en het andere mogelijk van haar dienares. Het bewaarde hout gaf
informatie over de bouw van het schip. Het was overnaads gebouwd
: elke plank viel over de andere en werd met kikkers of houten
klampen in plaats van nagels of pennen samengevoegd. Het schip,
zo'n 22 meter lang en 5 meter breed, was waarschijnlijk een
koninklijke jacht en niet zozeer een oorlogs- of
koopvaardijschip. Het bevatte een grote verzameling voorwerpen,
waaronder een kar, vier sleden en verscheidene bedden. Het schip
is gereconstrueerd en te bezichtigen in het Vikingschepenmuseum
in Oslo. ( foto : opgraving van het schip )
L'Anse aux Meadows (Newfoundland in Canada)
Deze
vindplaats op het noordelijkste puntje van Newfoundland is het
enige archeologische bewijs dat vikingen Amerika kenden. De
historische sagen van de Noorse vikingen beschrijven de reizen
van Leif de Gelukkige, zoon van Erik de Rode, omstreeks 1.001.
Op grond van deze beschrijvingen menen we dat hij uit Groenland
vertrok, naar Baffin en Labrador zeilde en tenslotte
Newfoundland bereikte, wat hij Vinland noemde. Er was voor deze
historische bronnen geen archeologisch bewijs tot L'Anse aux
Meadows werd ontdekt. Helge en Anne Ingstad vonden de
nederzettingen in de jaren vijftig van de twintigste eeuw, aan
de hand van lokale informatie en oude sagen. Zij groeven
verscheide plaggenboerderijen op van onmiskenbaar Noors
karakter, met uitzicht over Epaves Bay. C14-datering van de
voorwerpen (slechts een 150 tal) en de aanwezigheid van metalen
die niet door de inheemse volkeren werden gebruikt, doen een
vikingnederzetting vermoeden. De gebouwen hadden muren en daken
van plaggen, de deurposten waren van hout. In de huizen waren
vuurplaatsen en stonden banken. Verspreid zijn overblijfselen
van vikingen in Noord-Amerika gevonden, zoals munten, maar die
wijzen slechts op handel of seizoensnederzettingen. Door meer
veldwerk om andere locaties of vindplaatsen van uit Scandinavi�
ge�mporteerde voorwerpen te zoeken, kunnen we inschatten hoeveel
contact er tussen de vikingen en de indianen was. ( foto : de
landingsplaats van de vikingen )
Pouan (Aube in Frankrijk)
Na
de val (omstreeks 476) van het Romeinse Rijk in Europa kwamen in
de voormalige provincies verscheidene groeperingen als krachtige
heersers op. Zij hadden onder Romeinse heerschappij geleefd en
zich in of buiten de grenzen van het rijk gevestigd. Nu ze niet
langer schatplichtig aan de keizer waren, vulden onafhankelijke
volkeren als de Franken en de Bourgondi�rs in Galli� (het
huidige Frankrijk), de Vandalen in Noord-Afrika en de Visigoten
in Spanje het politieke vacuum op en bevochten elkaar om grote
gebieden in hun macht te krijgen.
Pouan is een Merovingische begraafplaats bij de stad Troyes, die
dateert van 450-500. De Merovingen waren een krijgshaftige
Keltische stam, wier uitgesproken cultuur in de vijfde eeuw over
Frankrijk werd verspreid. Pouan is een vindplaats uit de vroege
Merovingische periode, de tijd van hun eerste koningen Childerik
I (457-481) en zijn zoon Clovis I (482-511), bekend uit
historische documenten.
De graven in Pouan bevatten versierde zwaarden, schedes en veel
sieraden als fibulae en gouden spelden. Dergelijke voorwerpen
zijn voor archeologen heel belangrijk, want ze tonen aan hoe
mode en cultuur evolueren van Romeinse tradities en denkbeelden
naar nieuwe middeleeuwse. Sommige sieraden waren Romeins van
ontwerp en Frankisch van decoratie en stijl.
Omstreeks 500, elf jaar voor zijn dood, bekeerde Clovis zich met
zijn volk tot het christendom. In die tijd was het Merovingische
Rijk ��n van de sterkste machten in Europa, met als rivaal
Theodoriks Ostrogotische koninkrijk in Ravenna. Deze mengeling
van christelijk geloof en elementen van Romeinse en
post-Romeinse cultuur legde het fundament van het
vroegmiddeleeuwse Europa met opkomende natiestaten. ( foto :
Merovingisch zwaard )
Ravenna ( Emilia-Romagna in Itali� )
Ravenna,
een oude stad in Noord-Itali�, draagt de sporen van de
ingewikkelde politieke en culturele strijd die vlak na de val
van het Romeinse Rijk in Europa werd gestreden. Ravenna was een
belangrijke Romeinse haven geweest, de thuishaven van de
keizerlijke vloot. Na de invasie van Itali� door de Visigoten in
402 werd Ravenna de hoofdstad van het westelijke Rijk. Binnen
het Romeinse Rijk kwam de nadruk al snel op Constantinopel te
liggen en in deze periode werd de Ostrogotische koning Theodorik
(493-526) een belangrijk man. In het keizerrijk was hij generaal
geweest, maar met aspiraties naar de macht door zijn eigen
leger, als koning beschouwd. Ravenna viel in 540 onder
byzantijnse heerschappij van Justinianus (482-565) toen veel
indrukwekkende gebouwen zijn neergezet. ( foto : gouden kruis )