De
waterspitsmuis
Orde
: Insectivora - familie : Soricidae - geslacht :
Neomys en soort : Neomys fodiens. De
waterspitsmuis is ��n van de 322 soorten
spitsmuizen in deze familie. Hij is van
gemiddelde grootte.
Dit kleine diertje is zo schuw dat hij zich dood
kan schrikken van een plotseling, hard geluid.
Hij blijft nooit lang op ��n plaats. Dag en
nacht is hij op zoek naar voedsel, het hele jaar
door. Hij rent van hot naar her in zijn bosrijke
leefgebied, maar blijft altijd in de buurt van
water. Zo kan hij geregeld een duik nemen en een
waterdier vangen om op te eten.
Als hij zich niet in het water of aan de
waterkant bevindt, houdt dit diertje zich op in
de gangen die hij in de bosgrond heeft
uitgegraven. Ook maakt hij wel gebruik van het
verlaten hol van een ander dier, zoals een muis.
Meren, rivieren en moerassen vormen het
favoriete jachtgebied van de waterspitsmuis,
maar hij bezoekt ook graag beddingen waar witte
waterkers groeit. Als hij uit het water komt,
schudt de waterspitsmuis de druppels uit zijn
dichtbehaarde en korte vacht. Hij heeft echter
nog een andere ingenieuze methode om droog te
worden : door zich door de nauwe ingang van zijn
hol te persen, wringt hij het overtollige water
uit zijn pels.
Deze muis haalt zijn voedsel bijna uitsluitend
uit het water. Hij leeft voornamelijk van
insecten en larven, amfibie�n en vis. Hij
verbruikt zijn energie zo snel dat hij 24 uur
per dag behoefte heeft aan voedsel. Terwijl hij
langs de oever van een rivier of meer trekt,
duikt de spitsmuis herhaaldelijk in het water,
op jacht naar prooi. Hij kan zo'n twintig
seconden onder water blijven. Om zichzelf voort
te kunnen stuwen, zijn de staart en poten
voorzien van stugge haarborstels waardoor hij
zich beter kan afzetten in het water. Krijgt hij
een kleine vis of een waterinsect te pakken, dan
zet hij even zijn scherpe tanden in de prooi. De
speekselklieren van dit piepkleine muisje
scheiden dan een snelwerkend gif af. Hierdoor is
hij in staat om zijn prooi aan wal te slepen, om
hem daar op te peuzelen.
De paartijd van deze muis valt aan het einde van
de lente en in de zomer. In deze periode
doorbreekt het mannetje zijn solitaire bestaan
en zwerft hij door de territoria van diverse
vrouwtjes op zoek naar een partner. Mannetjes en
vrouwtjes communiceren met elkaar door middel
van prikkelende geuren en hoge gillen. Na het
paren werpt het vrouwtje drie tot acht jongen in
een ondergronds nest van gedroogd gras. De
jongen worden zo'n veertig dagen gezoogd.
Hoewel ze niet als bedreigd worden beschouwd is
de populatie van waterspitsmuizen in veel
Europese gebieden drastisch teruggelopen. Dit is
het gevolg van de vernietiging van hun
leefgebied door de aanleg van waterwegen, de
drainage van landerijen en watervervuiling.
Omdat ze zo klein en ongrijpbaar zijn is het
moeilijk een juiste schatting te maken van de
grootte van de populaties en de mate van hun
achteruitgang.
|