De
zeebrasem
De
zeebrasem of Pagellus bogaraveo.
Beschrijving
Rugvin met twaalf tot dertien stekels en elf tot
dertien vinstralen; anaalvin met drie stekels en
elf tot twaalf vinstralen; 68-74 schubben op de
zijlijn.
Rug grijsroze, flanken zilverkleurig. Grote,
donkere vlek aan het begin van de zijlijn. Hoog,
zijdelings afgeplat lichaam en kleine kop. Kaken
achteraan met twee tot drie rijen stompe,
stevige maaltanden; vooraan kleine, scherpe, wat
gebogen snijtanden. Oogdiameter langer dan de
snuit. Schubben op de kop reiken tot aan het
midden van de ogen.
De zeebrasem is een Atlantische soort, die meer
voorkomt in de Golf van Biskaje dan op het
Noorse Continentale Plat. Uit vangstgegevens
blijkt dat er jaren zijn waarin zeebrasems via
Het Kanaal de zuidelijke Noordzee binnendringen,
en jaren waarin zij van het noorden uit de
Noordzee bevolken. Op de Azoren is de visserij
op zeebrasem van belang. Zeebrasems worden
ongeveer vijf jaar oud.
Lengte
Maximaal 65 cm.
Verspreiding
Oost-Atlantische Oceaan en Noordzee. Langs onze
kust zeldzaam.
|