Zuidafrikaanse aronskelkkikker
De
Hyperolius horstockii leeft in moerassen, meren
en rivieren met aangrenzende vegetatie. Hij
wordt tot zes cm lang.
Deze kikker heeft lange poten en duidelijke
banden die van zijn snuit langs de flanken
lopen. Zijn voeten zijn voorzien van verbrede
hechtschijven en van onvolledige zwemvliezen. De
verborgen onderzijden van de ledematen zin
oranje en deze felgekleurde plekken worden snel
even getoond als de kikker door een vijand wordt
bedreigd. Daarna verstijft de kikker in een
onopvallende houding, met de kleurvlakken
verborgen, terwijl de vijand zoekt naar de
feloranje kikker die hij achterna zat. De
rest van het lichaam verandert van kleur al naar
gelang de omstandigheden : tot licht roomkleurig
in de zon en donkerbruin in de schaduw. Dit
helpt de kikker bij het constant houden van zijn
lichaamstemperatuur.
In de paartijd klimmen de mannetjes vaak langs
de aronskelken omhoog om de wijfjes te roepen.
Ze paren in het water, waar kleine klompjes
eieren worden gelegd op waterplanten.
|