W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Dier - algemeen

Andere jungle-dieren

In grote gedeelten van de Afrikaanse wouden kan men het reuzenschubdier, de viertenige olifantspitsmuis (zie foto) en de kuifparelhoen aantreffen. Verder leeft er de Kongopauw. Dit dier heeft niet zo'n glorieuze staart als de echte pauwen, maar dat maakt hij goed door niet alleen zijn staart, maar ook zijn vleugels te spreiden. Men ontdekte deze vogel pas in 1936. De Gaboen-pofadder is voor mensen even dodelijk als voor zijn prooi. Zich lichaam is zo gecamoufleerd, dat hij op de met bladeren bedekte bosgrond bijna onzichtbaar is. Het is de grootste, echte adder die er bestaat. Hij kan een lengte bereiken van 1,8 meter en een gewicht van meer dan twintig kg. Het is niet de enige adder die in het woud leeft. Men kan op de bosgrond ook de neushoorn-pofadder aantreffen en de groene boomadder. Deze laatste heeft een grijpstaart, leeft in de bomen en eet zich daar dik aan boomkikkers en kleine zoogdieren.
Er zijn veel boomdieren met grijpstaarten. Nog een voorbeeld van een in het Afrikaans oerwoud levend dier met een grijpstaart is het boomschubdier, een kleine verwant van het reuzenschubdier en het Temminck-schubdier. Sommige boombewoners hebben hun staart op een andere manier aan het boomleven aangepast. De stekelstaart-eekhoorns sturen met hun staart, wanneer ze van tak naar tak zweven om vruchten, zaden, bladeren, bloemen en insecten te verzamelen. Hun harige staart lijkt op het eerste gezicht veel op die van de echte eekhoorns. Aan de onderzijde zitten echter twee rijen hoornachtige schubben, die de stekelstaart-eekhoorn bij het klimmen in de boomstam drukt. Daardoor heeft hij meer houvast. Het Afrikaanse kwaststaart-stekelvarken heeft een lange staart, die eindigt in een lange stekelige kwast. Wordt het dier bedreigd, dan maakt hij daarmee een ratelend geluid om zijn vijanden af te schrikken.
Er leven ook verschillende ongewone ratten muizensoorten in het Afrikaanse oerwoud. E�n daarvan is de boommuis. Hij nestelt op de grond, maar beklimt bomen om vruchten te zoeken. Daarbij gebruikt hij zijn lange grijpstaart zowel om zich vast te houden alsook om zijn evenwicht te bewaren. Verder komt er de reuzenhamsterrat voor, een dier dat ondanks zijn lengte van negentig cm (inclusief zijn staart) over het algemeen ongevaarlijk is. In de bomen hoort men de geluiden van de papegaaien, neushoornvogels en turaco's. Er zijn zo'n negentien turaco-soorten over het hele Afrikaanse continent verspreid. De turaco's zijn nauw verwant met de koekoek. Ze zijn echter met hun lengte van maximaal zestig cm veel groter dan de koekoeken. De turaco's die in het Afrikaanse kreupelhout leven, hebben een nogal alledaags uiterlijk. Ze zijn grijs en bruin met een witte tekening. Ze onderscheiden zich echter door een luide roep die klinkt als 'go-away, go-away'. De meeste andere turaco-soorten leven diep in het oerwoud. Ze zijn fel gekleurd en hebben een groen of blauw lichaam en een felrode tekening op hun vleugels. De turaco heeft een merkwaardige eigenschap. Hij kan zijn buitenste teen naar believen voorwaarts of achterwaarts laten wijzen, net als spechten en papegaaien dat doen. De neushoornvogels zijn nog groter dan de turaco's. De trompet-neushoornvogel laat een ezelachtig gebalk horen en heeft een grote, hoornachtige kap over zijn voorhoofd. Er zijn papegaaien die in zwermen om de boomtoppen vliegen en een hoop lawaai maken, zoals bijvoorbeeld de grijze roodstaartpapegaai. Ook de opzichtig gekleurde Agapornis-soorten leveren hun bijdrage aan de uitbundige geluiden in het oerwoud.
 


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer