Rubriek : De
mens - algemeen
De burgeroorlogen
De
bezittende klasse had, door
Tiberius en Gajus Gracchus
uit te schakelen, gezegevierd. Voorlopig althans, want de
gebroeders waren wel dood, maar hun idealen beslist niet. De
spanningen tussen de twee partijen in Rome bleven bestaan. Een
slecht gevoerde oorlog in Numidi� met talloze Romeinse
nederlagen wekte zoveel ergernis en teleurstelling, dat de
Volksvergadering een van haar leden als opperbevelhebber
aanwees. Zijn naam was Gajus Marius en hij be�indigde in korte
tijd de oorlog in Numidi�. Ook tegen de Kimbren en Teutonen,
Germaanse stammen die vanuit Jutland naar het zuiden trokken,
behaalde hij grote successen. Nadat ernstige problemen met de
bondgenoten waren opgelost door alle bewoners van het Apennijnse
schiereiland gelijke rechten te geven, ontstonden er
moeilijkheden in het oostelijke deel van het rijk. Mithradadtes,
die koning was van een rijk aan de zuidkust van de Zwarte Zee,
had in 88 voor Christus de Romeinen aangevallen. De Senaat
belastte een van zijn mensen, Sulla, met het opperbevel van de
veldtocht tegen de aanvaller.
Maar de Volksvergadering gaf de voorkeur aan Gajus Marius en
benoemde hem in die functie. De onverzoenlijkheid tussen de
Senaatspartij of optimaten en de Volkspartij of
populares groeide toen naar een hoogtepunt. Sulla,
die het leger voor het oosten onder zijn bevel had staan, rukt
op naar Rome en nam de stad in. Gajus Marius moest vluchten en
Sulla herstelde de orde met harde hand. De Eerste
Burgeroorlog ( 88-81 voor Christus) was begonnen. Nadat
Sulla naar Mithradates was vertrokken, keerde Marius terug. Hij
vervolgde de leiders van de Senaatspartij en liet hen ombrengen.
In 86 voor Christus overleed Gajus Marius.
Sulla boekte tegen zijn tegenstander goede resultaten. Na vrede
te hebben gesloten, keerde hij naar Rome terug en liet zich daar
tot dictator benoemen. Hij maakte lijsten van de belangrijkste
tegenstanders van de Senaatspartij en 'werkte' die op volgorde
af. Daarna regelde hij het bestuur van het Romeinse Rijk naar
zijn inzicht; hij was immers dictator. Korte tijd na zijn
aftreden stierf hij, in 78 voor Christus. Zijn werk overleefde
hem niet lang, want daarvoor waren de tegenstellingen te groot.
Twee optimaten die meenden dat ze niet voldoende door de Senaat
waren beloond, gingen over tot de populares. Het waren Pompejus
en Crassus, die de wetten van Sulla afschaften en die zelf
consul werden in 70 voor Christus. Tien jaar later sloten ze met
de vooraanstaande Gajus Julius Caesar een verbond.
Dit staat bekend als het Eerste Driemanschap. Ze
gingen allen naar de buitengewesten van het Romeinse Rijk.
Caesar begon aan de verdere verovering van Galli�, Crassus trok
op tegen de Parthen en Pompejus ging naar Spanje. Crassus
sneuvelde en Pompejus liep weer over naar de Senaatspartij, om
Caesar - de man van de Volkspartij - van de macht te beroven.
Caesar trok met zijn legioenen de rivier de Rubicon over. Dat
was in feite een daad van verzet tegenover de Senaat. Hiermee
was de Tweede Burgeroorlog begonnen (49-45 voor
Christus). Pompejus was door de snelheid van Caesar verrast. Hij
vluchtte met de Senaat naar Griekenland, maar Caesar ging hem
achterna en versloeg hem. Toen Pompejus naar Egypte vluchtte,
werd hij om het leven gebracht.
(foto : Romeins marmeren beeld van Gajus Julius Caesar)