Rubriek :
Carine's Hondenpagina
Gevaren van hitte en kou
De voorouders van
onze huishond leefden in de koudere streken van Noord-Amerika en
Eurazi�. De meeste honden hebben dan ook een dubbele vacht en
kunnen goed tegen de vorst. Belangrijk is dat honden geen warmte
kunnen afvoeren door te zweten. Ze beschikken niet over
zweetklieren. De warmte wordt afgevoerd door te hijgen.
Bevangenheid door hitte is dan ook de bijna altijd vermijdbare,
maar helaas algemeenste doodsoorzaak.
Bij een warmtebron en zonder ventilatie kan de temperatuur van
de hond al snel oplopen boven de 43� C. en op die manier stikt
hij letterlijk van de warmte ! Jaarlijks sterven talloze honden
in auto's in de zon. Ongelofelijk, maar waar.
Honden met een dunne vacht hebben vaker last van
bevriezingsverschijnselen en onderkoeling.
We plaatsen de behandeling in bovenvernoemde gevallen even op
een rijtje, maar zorg er in de eerste plaats voor dat het uw
huisdier niet overkomt.
Bevangen door de hitte
Laat
in de eerste plaats uw hond niet achter in uw auto onder warme
omstandigheden. Ook in de schaduw met een raampje op een kier
loopt uw hond gevaar ! Laat, wanneer het koud is, hem ook niet
achter in uw auto met de verwarming aan. In beide situaties kan
de hond de overtollige warmte niet voldoende afvoeren, raakt hij
oververhit en sterft. Het eerste symptoom van oververhitting is
snel en zwaar hijgen, vaak gepaard met kwijlen. Na een paar
minuten verzwakt de hond en stort hijgend in. Verwijder de hond
zo snel mogelijk uit de hete omgeving. Verwijder het slijm uit
de mond om het ademen te vergemakkelijken en spons het gezicht
af met koel water. Neem contact op met een dierenarts. Dompel de
hond eventueel in koel water, maar gebruik echter geen ijskoud
water ! Wikkel de hond in handdoeken die met koud water zijn
doordrenkt en giet daar vervolgens koud water over om te
voorkomen dat de handdoeken warm worden. Wanneer de hond wil,
mag hij drinken.
Onderkoeling
Onderkoeling
komt meestal voor bij honden die enkele minuten in ijskoud water
hebben gelegen, vaak honden met een zeer dunne vacht. Wrijf de
honden krachtig droog met een handdoek. Wikkel de hond in een
warme handdoek en neem zijn temperatuur op. Is deze lager van
37� C., roep dan onmiddellijk de hulp in van de dierenarts. Houd
de hond warm, maar voorkom oververhitting. Ook bij shock en na
een verdoving kan gemakkelijk onderkoeling optreden. Bij pups,
bij kleine en bij kortbehaarde honden komt onderkoeling meer
voor. Moederloze pups lopen veel risico, omdat ze hun
lichaamstemperatuur nog niet kunnen regelen. Ze moeten de eerste
weken beslist op een tochtvrije, warme plek worden gehouden.
Bevriezingsverschijnselen
Bevriezingsverschijnselen treden meestal aan de
extremiteiten op, vooral bij zeer lage temperaturen in samenhang
met sterke wind. Onderzoek in dit geval de voeten, oren en
staart. Ze kunnen bleek zijn of koud en ongevoelig. Wrijf ze
voorzichtig met een handdoek warm. Verwarm vervolgens de
bevroren lichaamsdelen met lauw water van 32�C. De ledematen
moeten binnen de tien minuten zijn ontdooid, waarbij de huid er
rood mag uitzien. Houd de hond warm tot de dierenarts verdere
hulp kan bieden.